antivries vergiftiging

Wat is giftig in antivries?

Antivries bevat vaak ethyleenglycol en dit is giftig voor uw hond of kat.
Onverdunde ethyleenglycol (95-97%) smaakt zoet en wordt gemakkelijk opgelikt door een hond of kat, binnen enkele uren via de darm opgenomen in het lichaam en weer afgebroken. De afbraakproducten zijn zeer giftig.
Bij de hond is de dodelijke dosis van onverdund antivries (95-97%) 4,4-6,6 ml/kg (lichaamsgewicht); bij de kat, die veel gevoeliger is voor vergiftiging, slechts 1,4 ml/kg. Dat betekent sterfte bij  inname van 110-165 ml (= circa ½ - ¾ Nederlands fluitje) voor een hond van 25 kg; voor een kat van 5 kg bij inname van slechts 7 ml (= circa ½ eetlepel)!

Verschijnselen van vergiftiging

eerste verschijnselen zijn (1/2 uur tot 12 uur na inname)

  • braken: vaak zien we eerst braken, meest waarschijnlijk als gevolg van directe irritatie van het maagslijmvlies door de ethyleenglycol zelf.
  • neurologische verschijnselen (o.a. dronkemansgang): treden vaak binnen een half uur op en (kunnen) duren tot 12 uur na inname.
  • veel plassen / veel drinken.

Symptomen kunnen wisselen. Soms treden de gebruikelijke symptomen niet op of manifesteren deze zich in ongebruikelijke volgorde. De dood kan plotseling optreden in elk fase van het ziekteproces

  • Tussen 6-12 uur na inname kunnen de neurologische symptomen (suf, afwijkende coordinatie, beven) verergeren als gevolg van een verzuring in het bloed.
  • Tussen 12-24 uur treedt er een versnelde ademhaling op en ook de hartslagfrequentie neemt toe. Er kan longoedeem (vochtophoping in longweefsel) ontstaan. Ernstige depressie en epileptische aanvallen kunnen optreden.
  • Tussen 24-72 uur treedt nierschade op; bij katten kan dat al 12 uur na inname optreden. Gebrek aan eetlust, braken, buikpijn, verminderde tot geen urineproductie.

Diagnose

De diagnose wordt gesteld op basis van anamnese, klinisch beeld en laboratorium onderzoek.

  • Met een speciale (woodse) lamp kan fluorescentie worden gezien van urine (tot 6 uur na inname), braaksel, snuit en/of poten.
  • De urine is continue laag geconcenteerd en bovendien worden glucose en (calciumoxalaat) kristallen (6 uur na inname) in de urine gevonden. 
  • Glucose en kalium zijn verhoogd,  zuurtegraad en calcium verlaagd, ureum en kreatinine (nierwaardes) verhoogd (pas circa ≥ 12 uur na inname).

Behandeling

  • Bij de geringste twijfel altijd behandelen. Zo snel mogelijk na zekerheid of (sterk) vermoeden van inname.
  • Als u niet in de mogelijkheid bent om direkt naar uw dierenarts te gaan, zou u alvast  2,25 ml/kg van een 40%ige alcohol oplossing (bijv. wodka of rum) toe kunnen dienen aan uw hond of kat. Alcohol remt de afbraak van ethyleenglycol waardoor er minder giftige afbraakprodukten tegelijk in het lichaam komen.
  • Laten braken heeft zin tot max. 1 uur na inname; tenminste als dat neurologisch verantwoord is (bijv. niet bij epileptische aanvallen). Hiervoor kan uw dierenarts een injectie geven om het braken op te wekken.
  • Infuus therapie. Eventueel in combinatie met een ethanol behandeling via het infuus. Dit is echter een zeer intensieve behandeling waarbij continue monitoring vereist is.

Preventie

Antivries buiten bereik van huisdieren bewaren.

Prognose

Prognose is afhankelijk van de hoeveelheid ingenomen ethyleenglycol en het tijdstip van de (juiste) behandeling na inname. Dieren kunnen volledig herstellen, blijvende nierschade overhouden of overlijden.

Het sterftepercentage bij katten is 97%, bij honden 59-70%. De prognose is goed als de juiste behandeling start binnen 8 uur na inname en er geen sprake is van verhoogd nierfalen. Weinig of geen urineproductie wijst op een slechte prognose.